fbpx

Het boekenbal voor lezers – een verslag

Het boekenbal is een jaarlijks terugkerend feestje dat alleen voor een select gezelschap is weggelegd. Er zijn maar weinig feestjes in Nederland waarover meer geschreven wordt en veel boekenliefhebbers zouden graag even aanwezig zijn. Maar iedereen weet: hoeveel boeken je ook leest, wanneer je slechts lezer bent blijven de deuren van de Amsterdamse schouwburg voor jou gesloten.

Gelukkig voor fanatieke lezers zoals ik, die van een kaartje slechts kunnen dromen, heeft de organisatie van de Boekenweek daar iets op gevonden door dit jaar het boekenfeest in Nijmegen (het officieuze einde van de boekenweek) voor de gelegenheid om te dopen in het boekenbal. Het boekenbal voor lezers wel te verstaan, want verschil moet er zijn. Om dit te benadrukken was als locatie ook niet voor Amsterdam gekozen, maar voor het Nijmeegse concertgebouw ‘de Vereeniging’, waar de grote trap me in ieder geval even in Amsterdam deed wanen.

Het programma was volgestopt met interviews met minicolleges over Duitse literatuur, een heuse poeziewedstrijd tussen Duitsland en Nederland en een heel aantal interviews met schrijvers, van Esther Gerritsen tot Maarten van Rossem. Deze interviews stonden allemaal in het teken van boekenweekthema Duitsland (“Was ich noch zu sagen hätte”…). Daarbij was het interview met David van Reybrouck het meest interessant, omdat dit interview wat meer loskwam van de wat simpele benadering van het thema en naar aanleiding van zijn boekenweekessay ‘Zink’ (lees hier de recensie) al snel ging over grenzen in het algemeen en Europese grenzen in het bijzonder. Maar ook de minicolleges van de Radboud Universiteit waren erg interessant. Hoewel de hoeveelheid informatie over Duitse literatuur die hoogleraren in slechts 10 minuten over je weten uit te storten ronduit ijzingwekkend is.

Na al dit literaire geweld was het tijd voor het daadwerkelijke bal, want net als de schrijvers komen ook de lezers naar het boekenbal voor het feest. Geheel in stijl moest het feest gaan plaatsvinden op Duitstalige muziek. Maar toch, toen ik omringd door boeken en mensen die van boeken houden met halfgesloten ogen naar de trap van de schouwburg keek waande ik me even op het echte boekenbal en meende ik Mulisch op de trap te zien zitten. Verder ging het daarna niet meer over boeken maar werd er vooral gedanst. Gerritsen en Van Reybrouck dansten alleen met elkaar, want ook op het boekenbal voor lezers geldt: verschil moet er zijn.